Informatie:
Wil den Hollander
Wil den Hollander-Bronder (11 maart 1915 – 12 oktober 2000) was een Nederlands
schrijfster.
Wil Bronder werd geboren in Oostvoorne, als dochter van een boer. Zij was een
dromerig meisje, dat zich vaak onbegrepen voelde. Op 20-jarige leeftijd trouwde
ze met Gerrit den Hollander (in haar boeken “Johan” genoemd). Vlak
voor de oorlog werd haar eerste zoon, Bert (in de boeken “Jaap”)
geboren.
De Den Hollanders woonden op een boerderij in Nieuw-Beijerland. Hier is hun
zoon Jaap (echte naam Bert) geboren. In 1947 emigreerde het gezin naar
Frankrijk. Gerrit werd compagnon van een Nederlandse boer die daar voor zichzelf
was begonnen. Daar worden hun dochters Christine (echte naam Evelien) en
Marlies (echte naam Marijke) geboren. Begin vijftiger jaren zijn ze verhuisd
naar Inval Boiron, een dorpje in het departement Somme. Het nakomertje Johanna
(dit is zowel haar echte als haar boekennaam) is hier geboren.
De eerste jaren waren bijzonder moeilijk. Het gezin vocht tegen vooroordelen
(de lokale bewoners verwarden de Nederlanders met Duitsers, en dat net na de
oorlog), bureaucratie, armoede en tegenslagen. Jaap, de oudste zoon, kon
aanvankelijk moeilijk wennen. De meisjes, die in Frankrijk werden geboren,
vervreemdden snel van hun Nederlandse ouders en Wil voelde zich bijzonder
eenzaam en een buitenbeentje. Als het gezin sliep, ging ze schrijven. Wil
schreef over haar jeugd en haar gevoel, en het onbegrip dat ze voelde in haar
omgeving. Ook alledaagse dingen in en rond haar gezin schreef ze op, net als
het lief en leed van de dorpsgenoten en haar liefde voor de natuur en de streek
waar ze woonde. Haar observaties zijn zeer helder, zij kijkt door alle
dorpsroddels heen en trekt haar eigen conclusies.
Haar schrijfwerk werd in de jaren zestig en zeventig uitgegeven als
autobiografische boeken. Ze waren meteen een groot succes, zo groot dat de NCRV
er een televisieserie van maakte: Boerin in Frankrijk. Den Hollander heeft het
succes nooit begrepen, maar haar deur stond altijd open voor journalisten, en
fans die haar oude boerderij wisten te vinden waren altijd welkom, zelfs als
het niet uitkwam in haar drukke leven.
Inmiddels ging het het gezin financieel beter, maar tegenslagen bleven het
gezin treffen. Een prachtige fokstier stierf onverwacht, net toen de ergste
armoede voorbij was. Jaap moest rond 1960 als Frans soldaat naar Algerije; dit
is beschreven in “De trein die nooit meer stopte”. Christine kreeg
anorexia nervosa; na het herstel wordt ze ongehuwd moeder. Wil’s oogappel
Johanna werd getroffen door een agressieve vorm van multiple sclerose en stierf
halverwege de jaren tachtig op dertigjarige leeftijd. Wil schreef een schrijnend
boek (Geluk is een toegift) over het sterven. Haar toenmalige schoondochter
Danièle Den Hollander-Lansel schreef hierover ook een boek, getiteld Een
ongelijke strijd.
Na Johanna’s dood schreef Wil nog één boek (Op zoek naar mezelf), over haar leven
na Johanna’s dood. Daarna schreef ze nog wel maar ze bracht het niet meer uit.
Ze kreeg longemfyseem en stierf op 12 oktober 2000. Haar zoon Jaap stierf in
september 2001 aan een hartaanval tijdens een doktersonderzoek. Haar man Johan
was de laatste jaren van zijn leven dement en stierf in januari 2002. Het is
niet bekend hoe het momenteel met Marlies en Christine gaat.
Bibliografie:
Land van zon en wijn
Volwassen mensen huilen niet
Mijn vallei in Frankrijk
En de boer, hij ploegde voort
De trein die nooit meer stopt
Geluk is een toegift
Een veldboeket
Johanna
Op zoek naar mezelf
De eerste vier boeken zijn, in verkorte vorm, uitgegeven in de omnibus Boerin in Frankrijk.